Nieuws
Het project Oostvaardersoever is een nieuwe fase ingegaan: op 6 november ondertekenden zeven organisaties een overeenkomst om het gekozen voorkeursalternatief uit te werken tot een vergunbaar ontwerp. Daarmee zetten zij de volgende stap naar een technische oplossing die de uitwisseling van water en waterleven tussen Oostvaardersplassen, Markermeer en Lepelaarplassen mogelijk maakt, zodat de natuurkwaliteit kan herstellen. In het voorjaar van 2026 start een ingenieursbureau met de uitwerking, waarna de vergunningaanvragen en realisatie volgen binnen de PAGW-aanpak.
De Oostvaardersplassen, het Markermeer en de Lepelaarplassen zijn 3 bijzondere Natura2000-gebieden in
het Nationaal Park Nieuw Land. De gebieden vormen één ecosysteem en hebben elkaar veel te bieden. Ze vullen elkaar ecologisch, maar ook qua recreatieve beleving aan, maar dat kan ook anders en beter. Door elkaars probleem op te lossen. Hoe dat zit? Het water van de Oostvaardersplassen is rijk aan voedingsstoffen en waterleven, maar vissen kunnen als gevolg van de waterkerende Oostvaardersdijk het gebied niet in of uit. Hetzelfde geldt voor de Lepelaarplassen. Het Markermeer daarentegen is ecologisch enorm verarmd door de aanleg van de Markerwaarddijk en heeft behoefte aan een oppepper van het waterleven om de natuurkwaliteit te verbeteren.
Het Markermeer mist naast voedselrijk water, luwe ondiepe zones met water- en oevervegetatie. In dergelijke gebieden kunnen kleine waterdiertjes floreren en vissen paaien en opgroeien. Zouden deze omstandigheden er wel zijn, en zou ook het gebrek aan uitwisseling van waterleven en voedingsstoffen worden aangepakt, dan zou de natuur- en waterkwaliteit van alle gebieden er enorm op vooruitgaan. Het hele ecosysteem wordt completer en daar profiteert het rijke vogelleven weer van. En dat is precies wat het project beoogt.
Er is alleen een probleem. De dijken houden de uitwisseling van voedingsstoffen, klein waterleven en vis tegen. Bovendien is de waterstand in de binnendijkse gebieden lager dan in het Markermeer. Water binnenlaten in de twee moerasgebieden gaat dus makkelijker dan het verrijkte water weer in het Markermeer laten lopen. Daarom wordt in het project gewerkt aan een technische oplossing zodat er een ongehinderde uitwisseling tussen de gebieden mogelijk wordt zonder de waterveiligheid van de Flevolanders in gevaar te brengen. Op de plek waar straks water uit de Oostvaardersplassen wordt uitgelaten in het Markermeer wordt bovendien een luwe ondiepe overgangszone ontwikkeld. Ook de mens wordt niet vergeten: om de natuur in het nieuwe luwtegebied te kunnen beleven – en vooral het verhaal over het verbeteren van het ecosysteem te vertellen voorziet het project ook in nieuwe belevingsmogelijkheden.