Nieuws

Op pad met Nico Beemster

  • 16 juni 2025
  • Flora en fauna
  • Leestijd 4 minuten

Auteur

Douwe Brouwer

Boswachter

Zoals elke nieuwe boswachter in de Oostvaardersplassen mocht ook ik een ochtend mee met een van onze meest ervaren en trouwe vogelonderzoekers: Nico Beemster, die al sinds 1987 broedvogeltellingen uitvoert in het moeras. Het was een vroege ochtend, maar ik wist op voorhand dat het vroege opstaan de moeite waard zou zijn.

Om 05:00 uur hadden we afgesproken bij de kade van het moeras. We reden tot vlak bij het Oostvaardersbos (blauwe stip) en liepen daarvandaan steeds 75 meter verder, om daar de vogels te noteren die we hoorden. Nico gebruikt hiervoor de Avimap-app van SOVON Vogelonderzoek. De gegevens worden gebruikt voor onze eigen monitoring en beheerevaluaties, maar ook door SOVON voor trends in de Nederlandse vogelpopulaties. Aangekomen bij de Willemsvaart (rode stip) gingen we per kano verder. Door de moerasreset en het droge voorjaar stond het water in de vaart erg laag, maar het varen ging prima.

Nico vertelde dat de vogels tijdens deze laatste telling van het seizoen minder uitbundig zingen. Ook heeft de droogval van het moeras invloed op welke soorten nu aanwezig zijn. We verwachten meer (droge) rietruigte-soorten, zoals de (bos)rietzanger, sprinkhaanzanger, rietgors en blauwborst. De vogels die meer van het natte moeras houden, zullen zich weer meer laten horen zodra het waterpeil stijgt. Dan verwachten we de snor, kleine karekiet, baardman, porseleinhoen, waterral en roerdomp weer in grotere aantallen te horen.

Ondanks dat het al laat in het seizoen is, horen we toch bijzondere zangvogels. Zo horen we relatief veel bosrietzangers en rietgorzen. In de bredere rietkragen aan het water zitten kleine karekieten en verderop horen we fitissen. Af en toe klinkt het luide geschal van een cetti’s zanger, en een paar zuinige fluitjes van de prachtige blauwborst. Op de achtergrond horen we regelmatig het ononderbroken geratel van een snor. Ook zweeft er af en toe een bruine kiekendief majestueus voorbij. Op een gegeven moment worden de baardmannetjes wakker, en genieten we van een groep van zo’n 15 juveniele baardmannetjes. Hun nieuwsgierige gedrag fascineert mij en ze maken van die kenmerkende, grappige geluidjes: tjieuw tjieuw tjieuw!

Herkenning juveniele mannetjes en vrouwtjes

Wat ook bijzonder is aan de baardmannen is dat je juvenielen al direct na het uitvliegen op geslacht kunt herkennen. De jonge mannetjes hebben al een duidelijke oogvlek en een oranje snavel, de jonge vrouwtjes hebben een geelbruine snavel een geen oogvlek. Eenmaal volwassen zijn de mannetjes nog duidelijker te herkennen aan de typische bakkebaarden, en de grijsblauwe kop. De vrouwtjes hebben deze bakkenbaarden niet en hebben een meer zachtbruin/lichtgrijze kop.

Baardmannetjes juveniel (Beeld: Martin van der Schalk)
Volwassen baardmannen man en vrouw (Beeld: Harrold Rijnbergen)

De rietstengelboorder

Nico wijst me op een belangrijk fenomeen in dit gebied. “Ik wil je graag de effecten van de meest belangrijke grazer in het riet laten zien,” zegt hij. Even denk ik aan een van onze grote grazers, of aan de grote aantallen grauwe ganzen, maar Nico bedoelt iets heel anders. We varen naar een stuk riet en Nico laat me een rietstengel zien. “Zie je dit?” vraagt hij. “Hier heeft een larve van de rietstengelboorder (een rupsje) zich toegang verschaft tot een rietstengel en vervolgens de jonge groeipunt opgegeten. Uiteindelijk kruipt hij naar buiten en ontpopt zich tot een kleine vlinder.” In de rietstengel is duidelijk een donkere plek zichtbaar, en een stukje lager nog een tweede plek (foto). Als ik de stengel openbreek, blijkt het binnenin zwart verkleurd. Onder het laatste bruine vlekje zie je dat er nieuwe scheuten uitlopen bij de bladeren.

In-en uitgang larve

Effecten van de aanwezigheid van de rietstengelboorder

Nico legt uit dat deze rietstengelboorder, samen met de ganzen, een groot effect heeft op de ontwikkeling van het riet. Waar de ganzen vanaf het water het jonge riet opeten tijdens de rui, doen de larven van de rietstengelboorders dit overal in het gebied. In sommige jaren is de infectie laag, in andere jaren zijn bijna alle rietstengels in het moeras geïnfecteerd. Later, als we op een hoger punt staan, laat Nico me zien waar het riet bruin en laag is. Dit komt door de aantasting van de rietstengelboorder. Toch groeit het riet vaak weer uit, maar dan met meerdere zijscheuten onder de oorspronkelijke hoofdscheut.

Nieuwe zijscheuten vanuit de bladoksels

De larven en vlinders van de rietstengelboorder zijn een belangrijke voedselbron voor veel insectenetende rietvogels. Voor soorten die in de winter zaden eten, zoals de baardman, is de massale aanwezigheid van deze kleine veelvraat voor de winterperiode nadelig. Omdat de aangetaste rietstengels geen goed ontwikkelde pluimen produceren, is de zaadvoorraad in het riet op deze plekken in de winter lager. Nico vertelt dat er een verband is tussen rietbegrazing door ganzen, de rietstengelboorder en de aanwezigheid van baardmannetjes. “Als riet een jaar niet door ganzen wordt begraasd, zijn er de winter daarna relatief veel baardmannetjes op die plek. Dit komt doordat de rietstengelboorder dat deel met ‘nieuw’ riet nog niet heeft gekoloniseerd , waardoor er veel rietzaad beschikbaar is voor de baardmannetjes.” Daar tegenover staat dat de baardmannetjes in de broedperiode juist weer baat hebben bij de rietstengelboorder omdat ze dan overschakelen op een dieet van eiwitrijke insecten.
Blaartrekkende boterbloem

Nog meer bijzonderheden

Nico wilde nog even de kano uit om het riet te inspecteren. Bij het uitstappen zagen we een grote rups in een rietstengel zitten, dit prachtige beestje was de rups van de rietvink.  De rups kan tot 7,5 cm groot worden en ziet er prachtig uit. De vlinder is een 2 tot 3,5 cm grote harige rietbewoner en tevens een voedselrijk hapje voor de rietvogels. Naast deze mooie waarneming genoten we van de blaartrekkende boterbloemen en de bitterzoet langs de oevers, prachtig om hier te varen.

Een leerzame ochtend

Rond 09:00 uur stap ik weer in de auto en rijd richting onze beheerschuur. De rest van de dag besef ik weer hoe waardevol het is om buiten te zijn. Je leert ontzettend veel door simpelweg te kijken, en nog veel meer wanneer je op pad gaat met een expert als Nico Beemster! Ik heb hem dan ook bedankt voor deze mooie ochtend en gevraagd of ik volgend jaar nog een paar keer met hem mee mag. 😊

Over de auteur
Boswachter Douwe Brouwer
Douwe Brouwer Boswachter
Meer over dit onderwerp