Nieuws
Terwijl je door de polder wandelt of fietst, zie je veel graslanden. Samen met agrariërs en aannemers zijn we in Midden-Delfland, Buytenhout en de Zuidpolder van Delfgauw aan het werk om de oude agrarische graslanden bloemrijker te maken. Hierdoor wordt het land bio divers en dat is goed voor vele diersoorten.
Het voelt soms heel dubbel want om het grasland bloemrijker te maken maaien we in mei, precies tijdens het broedseizoen. Dat is voor bezoekers soms niet goed te begrijpen en we krijgen daar veel vragen over. In deze boswachtersblog deel ik hoe we in Midden-Delfland, Buytenhout en de Zuidpolder van Delfgauw van agrarische graslanden, naar bloemrijke graslanden willen. Onderaan geef ik antwoord op jullie meeste gestelde vragen.
Bijna alle graslanden in Midden-Delfland, Buytenhout en de Zuidpolder van Delfgauw zijn oude agrarische gronden. Denk aan bemeste grond, veelal intensief gemaaid, begraasd en ingezaaid met Engels raaigras. Bloemrijke graslanden zijn graslanden met een rijke diversiteit aan kruidenrijke soorten. Denk aan boterbloem, paardenbloem, weegbree en uiteindelijk ook orchideeën. De rijke diversiteit is belangrijk om de biodiversiteit te vergroten. Geniet je tijdens een fietstocht van de velden vol met raapzaad? Ze zijn prachtig, maar ook deze soort vergroot de biodiversiteit op den duur niet.
Een bloemrijker grasland leidt tot meer biodiversiteit. Een diversiteit aan kruiden zorgt voor een diversiteit aan insecten, die weer zorgen voor een diversiteit aan vogels. Het is leuk om als bezoeker anders te gaan kijken naar de één soortige graslanden en te zien hoe het landschap langzaam gaat veranderen naar een bloemrijker grasland. Dat vergt veel tijd, geduld en ander beheer van zowel onze boswachters als de agrariërs.
Het maaibeleid passen we aan om graslanden bloemrijker te maken
Om het grasland bloemrijker te maken moeten we het op een andere manier beheren dan de oude agrarische graslanden. Het maaien gebeurt dan twee keer per jaar in de maand mei en september.
Vooral in de maand mei krijgen we veel vragen van bezoekers omdat dit precies in het broedseizoen is. De graslanden hebben half mei heel veel energie in hun gewas gestopt, de grassen en bloemen zijn lang geworden, maar ze hebben nog geen zaad gezet. De graslanden worden nu nog gedomineerd door grassen zoals grote vossenstaart en gestreepte witbol. Deze dominantie willen
we doorbreken. Door in mei te maaien, voorkomen we dat deze soorten zich verder verspreiden waardoor de dominantie dus afneemt. Uiteindelijk worden de grassen lager en hierdoor krijgen de
kruiden meer ruimte. We maaien dus jaarlijks in de maand mei en september, totdat het bloemrijke grasland is bereikt.
Alle te maaien graslanden worden gecontroleerd op nesten. Dit noemen we ‘voorlopen’. Onze drie ecologische deskundigen boswachters binnen ons team lopen alle graslanden voor. Tijdens het voorlopen worden de delen die niet gemaaid mogen worden afgezet met stokken of ingetekend in onze digitale systemen. Door deze afzettingen is het voor de agrariër en aannemer duidelijk waar niet gemaaid mag worden. Het voorlopen wordt gedaan op twee manieren. Er wordt gezocht naar zanglocaties van zangvogels zoals de rietzanger en de blauwborst. Dit zijn soorten die zingend hun territorium en dus hun nestplaats afbakenen. We zetten voor deze vogels een vrij ruim vlak af, anders weten kraaien alsnog makkelijk het nest te vinden.
Daarnaast wordt elk grasland geheel doorlopen in een zigzaggend patroon. Intern noemt onze collega boswachter Jeroen Simmelink dat het lopen van een verwarmingselement, omdat we die vorm in de graslanden lopen. We zoeken dan naar nesten of naar sporen van nesten of legers. Legers zijn de nesten van hazen. Ook bij het vaststellen van nesten, of sporen van nesten, zetten we grote vlakken af in plaats van kleine eilandjes.
Op enkele graslanden in de Balij in Pijnacker en op de Wielerbaan in Maassluis is het grasland inmiddels bloemrijk geworden. Onze ecoloog Bart van Berkel noemt dit ‘onze pareltjes’ en is er dan ook heel zuinig op. Zie je bordjes staan met ‘kwetsbaar natuurgebied’, dan zou dit zomaar één van deze pareltjes kunnen zijn. We staan er bijvoorbeeld geen evenementen of activiteiten toe en vragen bezoekers om het grasland niet te betreden. We maaien deze bloemrijke graslanden nu nog maar één keer per jaar of we maaien in fases. Dat is echt maatwerk. Onze boswachter ‘agrarisch natuurbeheer’ Ron Leeuwis houdt goed contact met de agrariërs over de gezamenlijke doelen en de planning van het beheer.
Ik nodig je uit om tijdens de wandeling of fietstocht eens te kijken naar de diverse graslanden. De ontwikkeling van agrarisch grasland naar bloemrijk grasland duurt lang, maar juist als vaste bezoeker is het mooi om het landschap te zien ontwikkelen.
We krijgen regelmatig vragen van bezoekers over het maaibeleid. Hieronder delen we de veel gestelde vragen. Staat je vraag hier niet tussen? Stuur dan een email aan hofvandelfland@staatsbosbeheer.nl
Hoe vaak wordt er gemaaid?
Om het grasland bloemrijker te maken worden de meeste graslanden momenteel twee keer gemaaid. Eén keer in mei en één keer in september. Graslanden die het gewenste stadium van ‘bloemrijk grasland’ al hebben behaald worden eens per jaar gemaaid en/of in fases gemaaid.
Waarom maaien jullie terwijl alle bloemen nu zo mooi in bloei staan?
De graslanden hebben half mei heel veel energie in hun gewas gestopt, de grassen en bloemen zijn lang geworden, maar hebben nog geen zaad gezet. De graslanden worden nu nog gedomineerd door grassen zoals grote vossenstaart en gestreepte witbol. Deze dominantie willen we doorbreken. Door te maaien in de maand mei voorkomen we dat deze soorten zich verder verspreiden en de dominantie dus afneemt. Uiteindelijk worden de grassen lager, kruiden krijgen hierdoor meer ruimte. Met het maaien in mei gaan we door totdat het stadium bloemrijk grasland is bereikt.
Hoe zit het met de campagne ‘Maai Minder’?
De ‘Maai Minder’ campagne is ooit gestart als de ‘Maai mei niet’ campagne. Het is een initiatief van diverse partijen om te pleitten niet in mei te maaien, omdat de bloemen zorgen voor meer nectar en dat zorg voor meer bijen. Daarom willen wij de graslanden ook bloemrijker maken. Om het stadium van bloemrijk grasland in onze gebieden te behalen heb ik deze boswachtersblog uitgelegd waarom maaien in mei juist nodig is op oude agrarische graslanden. Uiteraard wel met veel zorgvuldigheid. Zodra de graslanden bloemrijker zijn, stopt het maaien in de maand mei.
Hoe zorgen jullie er voor dat nesten en jonge dieren niet worden mee gemaaid?
In deze boswachtersblog kun je lezen dat alle te maaien graslanden worden voorgelopen door onze drie ecologische deskundigen collega’s binnen ons team. Tijdens het voorlopen worden delen die niet gemaaid mogen worden afgezet met stokken of ingetekend in onze digitale systemen. Door deze afzettingen is het duidelijk waar niet gemaaid mag worden.
In het broedseizoen worden oevers en randen van bosschages niet gemaaid. We houden een afstand van drie meter aan tussen het maaiwerk en deze randen.
Hoe waarborgen jullie de tijd tussen het voorlopen en het daadwerkelijke maaien?
Tussen de periode van voorlopen en het maaien mag maximaal één week zitten. De maaiwerkzaamheden worden vervolgens van binnen naar buiten uitgevoerd. Hiermee zorg je ervoor dat foeragerende dieren in het grasland genoeg ruimte hebben om het land te verlaten.
Wie controleert het land op nesten?
We hebben binnen ons team drie ecologische deskundigen collega’s die de graslanden voorlopen op nesten. Sinds dit jaar (2025) lopen we ook zelf de pachtgronden voor.
Zijn er al bloemrijke graslanden?
In enkele percelen in de Balij in Pijnacker en op de Wielerbaan in Maassluis hebben we het stadium bloemrijk grasland al gehaald. Het zijn onze pareltjes en we zijn er erg zuinig op. Op deze percelen maaien we nu nog maar één keer per jaar of maaien we in fases.
Staatsbosbeheer heeft een financieringstekort, waarom wordt er dan toch gemaaid?
Staatsbosbeheer Hof van Delfland beheert eigen gebieden en gebieden van gemeenten. Voor de Staatsbosbeheer gebieden is een financieringstekort, waardoor we eerder niet konden maaien. Door extra financiering van de provincie Zuid-Holland, is gekozen om deze beheerwerkzaamheden weer uit te gaan voeren. Dit doen we om kapitaalvernietiging te voorkomen. Wanneer we een jaar niet maaien, is het maaiwerk van de jaren ervoor voor niets geweest. De bodem is in deze regio zo rijk aan voedingsstoffen dat actief ‘werken’ aan deze graslanden nodig is.
Je leest meer informatie over de beheerfinanciering van Staatsbosbeheer Hof van Delfland op: Buytenhout en Midden-Delfland
Wordt het maaibeleid geëvalueerd?
We hebben de wens het huidige bestek te wijzigen zodat er meer maatwerk mogelijk is. In 2027 gaan de nieuwe maaibestekken in. Achter deze bestekken zitten contracten die we tussentijds niet kunnen wijzigen. Hierdoor kunnen we pas vanaf 2027 wijziging doorvoeren. Het nieuwe bestek willen we natuurinclusiever maken.
Waarom maaien jullie met grote machines?
De maaimachines zijn soms erg groot. Ook dit zullen we vanaf 2027 herzien, omdat ook wij verbetermogelijkheden zien.
Waarom maaien jullie de bermen vaker?
Om de verkeersveiligheid te waarborgen worden de bermen kort gehouden, daarom maaien we de bermen vaker dan graslanden. Staatsbosbeheer maait in Midden-Delfland de bermen rondom de wandel- en fietspaden. In Buytenhout worden de wandelpaden door Staatsbosbeheer gemaaid en de fietspaden door de gemeente Pijnacker-Nootdorp. De bermen langs wandelpaden worden vijf keer per jaar gemaaid, bermen langs fietspaden zeven keer per jaar. De bermen worden niet voorgelopen op nesten. Doordat de bermen kort worden gehouden is de nihil dat soorten hierin gaan broeden. Daarnaast zorgt de recreatieve drukte langs wandel- en fietspaden ervoor dat dieren niet langs deze paden gaan broeden.